Onze sportschool

Dat de kinderen voor dit nieuwe thema sportattributen mee mochten nemen hebben we geweten!

Aan het begin van de dag komen de kinderen de klas binnen met veel verschillende materialen. Van duikbril tot speedladder en van bokshandschoenen tot yogamatje. Het eerste uur zijn we druk bezig met demonstreren, presenteren, vragen stellen en nadenken. We leren hoe je een gewicht op verschillende manieren kunt hanteren, waarom er schroeven zitten aan de dumbbell, wat je met elastiek kunt doen, hoe poeder ervoor kan zorgen dat je handen niet glad zijn en dat de vorm van een skateboard bedoeld is om er trucs op te doen. Er wordt uitleg gegeven over de regels bij hockey en dat de naveltest bedoeld is om te kijken of je stick lang genoeg is. We voelen dat het materiaal van keepershandschoenen ruw is en begrijpen waarom bokshandschoenen zo dik zijn, en waarom een handbal juist weer niet te groot is.


We boffen dat tussen de middag de gymzaal vrij is. We verdelen de materialen over de ruimte, spreken af dat er om beurten wordt gewerkt met de materialen en daar gaan ze! Fanatiek wordt alles getest. Voor het yogamatje wordt een rustig plekje achter een mat gezocht. Daar krijg je ook instructie: "Ga met je handen op je buik liggen en probeer in één keer op te staan, zonder je handen te gebruiken", hoor ik. Verderop zie ik kinderen die eigen spelregels bedenken bij het materiaal. Als je hebt gegooid mag je door glijden, als je heel hard op het kussen bokst veer je zo hard terug dat je achterover valt, wie het hoogst gooit door een gat krijgt een punt.

Weer in de klas kijken we terug. Op mijn vraag op welke plek de materialen worden gebruikt in het echt, noemen verschillende kinderen de sportschool. Het lijkt hen wel wat om in de klas een sportschool te openen. We maken een lijst met spullen die daarvoor nodig zijn en denken ook alvast na hoe dat dan gaat. In ieder geval moet je een pasje hebben. En er is een sportleraar of fysio die zegt wat je moet doen.

Zo hebben we al veel leerinhouden gehaald uit het oproepje: 'De kinderen mogen sportattributen meenemen.'

En dit is nog maar het begin!

Op het bord hangt trouwens al een lange lijst van 14 verschillende soorten sporten die in de klas worden beoefend! Sportief clubje, die groep 3!

Ander nieuws

[Groep 2/3A] Hoe zit een schoen in elkaar?

Luuks moeder werkt voor een sportschoenen merk en heeft de kinderen verteld over hoe een schoen gemaakt wordt. Ze had interessante materialen mee. Zoals 2 plakken gel. De gel zit in een schoen om te zorgen voor een goede demping. Als je er een ei op laat vallen, gaat deze niet stuk. Dat was een mooi proefje!

Schoen gezet, maar... niets erin?

Dinsdagmiddag mochten de kinderen hun schoen zetten. Vol verwachting kwamen ze op woensdagochtend de klas binnen. Maar... er zat niets in de schoen? Er was wel een brief van Sinterklaas. De pieten hebben de cadeautjes verstopt! Na tot 10 geteld te hebben mochten de kinderen van Sinterklaas zoeken. Wat een enthousiasme! 1 jongen vond er 1 en gaf deze aan een vriendinnetje. Zelf ging hij verder zoeken. De laatste was heel moeilijk te vinden. Iedereen hielp mee om te zorgen dat het het laatste kind een cadeautje had. Prachtig! En daarna lekker smullen!

[Groep 2/3A] Op bezoek in de schoenenwinkel

Maandag brachten we met groep 2/3A een leerzaam bezoek aan schoenenwinkel Van Haren, als onderdeel van het huidige onderbouw thema 'de schoenenwinkel'. De kinderen hebben heerlijk kunnen rondkijken: welke schoen is het grootst? Welke schoen vind jij mooi? Welke schoen zou jij niet willen dragen? Hoe staan de schoenen in de winkel opgesteld? Je ziet 1 schoen, waar is die andere? Hoeveel kosten de schoenen? Hoe ziet het magazijn eruit? Welke maat heb jij en hoe kun je dit meten? Echt een kijkje in de dagelijkse praktijk.

[Groep 1/2a] Passen en meten

De Sint wil graag nieuwe schoenen bij zijn nieuwe pak. Maat 42 heeft hij. We bekijken onze eigen schoenmaat en zo weten we ook welke schoen wel of niet past. Schoenen worden in schoenendozen gedaan. Soms past het en soms niet. Ze zijn druk met passen en meten en de begrippen groot, groter, te klein, te breed en smal vliegen juf om haar oren.